De strenge Australische Standaard (AS) en het uitgebreide eisenpakket van de klant waren de leidraad. Het frame van de 270 ton wegende ontvangstrechter moest zodanig worden ontworpen dat het bestand was tegen allerlei ingewikkelde krachtencombinaties als gevolg van aardbevingen, orkanen en aanrijdingen.
De twee ontvangsttrechters worden geplaatst op één pier. De installaties hebben een rijbereik van zo’n 200 meter. Dit maakt het mogelijk om ze optimaal te positioneren ten opzichte van de laadruimen van de schepen.
De hoppers hebben elk een stortrooster met een Breston flexflap-systeem en een stofafzuiging boven en onder het stortrooster. Ook is een verrijdbaar dak geconstrueerd. Hiermee kan de hopper, wanneer buiten bedrijf of bij regen, worden gesloten om het product te beschermen tegen weersinvloeden. Wegens de corrosieve eigenschappen van kunstmest is de installatie voorzien van het hoogwaardige C5 coatingsysteem.
Om de bouwhoogte te beperken, bestaat de hopper uit vier lage kwarten. Vanuit de vier uitlopen brengen trilgoten het product naar een verzamelband. Deze band is eveneens voorzien van een systeem om stofvorming tegen te gaan. In de verzamelband is een weegsectie opgenomen voor de meting van de hoeveelheid overgeslagen product. Via een korte tussenband bereikt het product een laadband die twee richtingen op kan draaien: ofwel naar de beladingsinstallatie voor de vrachtwagens, ofwel naar een stofdichte chute die het product overstort op een kadeband voor vervolgtransport.
De beladingsinstallatie voor de vrachtwagens wordt bediend vanuit een bovengelegen cabine, waarbij een goede communicatie is verzekerd tussen de machinist en vrachtwagenchauffeur. De elektrische installatie is gebouwd volgens de Form 3B klasse en staat in een geïsoleerde container met airconditioning.
De ontvangsttrechter is voorzien van een morsklep die gecontroleerd tegen het schip wordt geplaatst om te voorkomen dat product tussen wal en schip kan vallen.