Deze installateurs beweren de effectiviteit van hun brandbeveiligingssystemen te hebben bewezen met hun eigen brandtesten en volgens hun eigen normen. Er wordt ook vaak verwezen naar de zogenaamde “vele jaren operationele ervaring”, volgens het motto: Tot nu toe hebben onze systemen over het algemeen voor onze klanten gewerkt.
Het lijkt daarom voor veel exploitanten legitiem om erkende installateurs te vragen of een goedkeuring van brandbeveiligingssystemen door bijvoorbeeld VdS echt verplicht om u een veilige brandbeveiliging te garanderen of is dit een overbodige luxe waarvan alleen de certificatie-instellingen profiteren?
Laten we om deze vraag te beantwoorden eens kijken naar een analogie met een veel populairder gebied:
Zou u een auto kopen die nog nooit een RDW keurmeester heeft gezien en waarvan de voertuigfabrikant beweert het rem- en crashgedrag in zijn eigen tests en op basis van zijn eigen normen te hebben gecontroleerd en afdoende te achten? Waarschijnlijk niet.
Zou u een soort “operationele proeftijd” voor een auto accepteren in plaats van een RDW-goedkeuring van het voertuig, trouw aan het motto: tot nu toe zijn alle bestuurders van dit voertuig ongedeerd ontsnapt? Liever niet, toch?
Waarom accepteren we dan juist deze manier van denken over vonkenblusinstallaties en overwegen we zelfs om niet-gecertificeerde componenten te gebruiken om mensenlevens en eigendommen te beschermen?
Brandbeveiligingssystemen kunnen alleen state-of-the-art zijn en dus de grootst mogelijke bescherming bieden als de effectiviteit van de systemen is geverifieerd door een onafhankelijke instantie. Sterker nog, in begrijpelijke en reproduceerbare brandproeven volgens normen die in heel Europa gelden.
Verder is het belangrijk dat de fabrikant en de installateur van het systeem regelmatig worden onderworpen aan kwaliteitscontrole door externe auditors. Wat heeft de exploitant eraan als de kwaliteit van de geproduceerde systemen na (initiële) certificering om kostenredenen voortdurend achteruitgaat en de installatie door ongetraind personeel wordt uitgevoerd?
In Europa zijn de VdS en FM de maatstaf als het gaat om de certificering van vonkenblussystemen, waarbij het aantal VdS-gecertificeerde systemen duidelijk de boventoon voert in Europa.
Maar wat betekenen “VdS-goedgekeurd systeem” en “VdS-goedgekeurd installatieprogramma” eigenlijk?
VdS is één van de belangrijkste onafhankelijke keuringsinstituten met focus op brandbeveiliging, toetst de effectiviteit van alle componenten van een brandbeveiligingssysteem in haar eigen laboratoria in het kader van de zogenaamde systeemkeuring en zorgt door regelmatige inspecties van de productie site dat de brandbeveiligingssystemen altijd volgens dezelfde hoge eisen worden vervaardigd en getest. Alleen goedgekeurde systemen kunnen ervoor zorgen dat de modernste technologie wordt geproduceerd met een constant hoge kwaliteitsstandaard.
Daarnaast moet een VdS-erkende installateur aantonen dat hij jaarlijks een groot aantal blusinstallaties conform de VdS-richtlijnen zonder gebreken heeft gepland en geïnstalleerd.
De aan het begin gestelde vraag kan daarom eenduidig worden beantwoord: brandbeveiligingssystemen zonder certificering en dus zonder objectief bewijs van effectiviteit zijn een nutteloze investering.
In dit verband moet ook worden verwezen naar het onderhoud en de inspectie van de systemen. De verzekeraar verlangt in de regel uitdrukkelijk dat de brandbeveiligingsinstallaties regelmatig worden gecontroleerd en onderhouden door de erkende installateur.
Want alleen de noodzakelijke inspecties en onderhoud door de erkende installateur zorgen ervoor dat de geïnstalleerde brandbeveiligingssystemen altijd gebruiksklaar zijn, ook na maanden “stille” stand-by.
Het niet uitvoeren van inspecties en onderhoud kan de verzekeringsdekking in gevaar brengen, waardoor de investering in brandbeveiliging des te waardeloos wordt.