Er zijn heel veel soorten kunststoffen, welke kunnen worden ingedeeld in drie groepen:
Thermoplasten – Thermoplasten veranderen van vorm als je ze verwarmt. Je kunt ze dan in een bepaalde vorm persen. Als de thermoplast weer afkoelt houdt hij zijn nieuwe vorm. Toepassingen van thermoplasten zijn koffiebekertjes, frisdrankflessen (PET-flessen), kleding, afvoerbuizen en folie. Circa 90% van alle geproduceerde plastics zijn thermoplasten. Thermoplasten kunnen meerdere malen gerecycled worden.
Thermoharders – Thermoharders zijn harde plastics. Je kunt ze niet
bekrassen en je kunt er moeilijk een stukje afbreken. Thermoharders houden dezelfde vorm als je ze verwarmt. Toepassingen van thermoharders zijn stopcontacten, surfplanken, tennisrackets, zeilboten, vulling voor matrassen en kussens.
Elastomeren – Elastomeren bevatten thermoharders én thermoplasten. Rubber is een elastomeer (zie ook Wat is rubber?). Voorbeelden van toepassingen van elastomeren zijn autobanden en schoenzolen, elastiek en spenen.
Soms worden kunststoffen versterkt, bijvoorbeeld door toevoeging van glasvezel, maar ook met andere kunststofvezels zoals Kevlar, Twaron en Dyneema, of door toevoeging van natuurlijke vezels (bamboe, hennep).